Шрифт:
Закладка:
433
Unger, Dutch shipbuilding, 26 – 40.
434
Unger, Dutch shipbuilding, 7, 60 – 62.
435
Van Royen, Zeevarenden, 14 – 15, Knoppers, ‘Vaart in Europa’, 226 – 227, Gaastra, Geschiedenis VOC, 118, De Vries and Van der Woude, First modern economy, 297.
436
Bruijn, Dutch Navy, 73 – 74, 96, 101 – 102. Сравни: Glete, Navies and nations, II, 639 – 640.
437
Van Braam, ‘Zaandamse scheepsbouw’, 42 – 46, Lesger, Hoorn, 39, 159, Van Kampen, Rotterdamse scheepsbouw, 104 – 115.
438
Van Braam, ‘Zaandamse scheepsbouw’, 42, Van Kampen, Rotterdamse scheepsbouw, 118 – 119.
439
Bruijn, Gaastra and Schoffer (eds.), Dutch-Asiatic shipping, 32 – 33.
440
Unger, Dutch shipbuilding, 41, 45 – 52, 56.
441
Van Kampen, Rotterdamse scheepsbouw, 49 – 50, 200, Unger, Dutch shipbuilding, 7, 60 – 62.
442
Hoving (ed.), Nicolaes Witsen’s Scheeps-bouw-konst, 11 – 14, 28 – 31, Hoving and Lemmers, In tekening gebracht, 21 – 23, 50, 52 – 53.
443
Hoving and Lemmers, In tekening gebracht, 102, 184 – 188; порядок проведения такого испытания был изложен в рукописи: Van Zwyndregt. De groote Neederlandsche scheeps bouw op een proportionaale reegel gestelt (1757), которая готовится к печати в Hoving and Lemmers.
444
Hoving and Lemmers, In tekening gebracht, 33 – 52, 59 – 77, 95 – 98.
445
Van Kampen, Rotterdamse scheepsbouw, 200 – 202.
446
Niemeijer, Accijnsbrief, 21.
447
Van Braam, ‘Zaandamse scheepsbouw’, 47, Gaastra, ‘Arbeid Oostenburg’, 73.
448
Unger, ‘Technology and industrial organization’, 60 – 68, Unger, Dutch shipbuilding, 61 – 62, 194, Niemeijer, Accijnsbrief, 54, Van der Woude, Het Noorderkwartier, 320.
449
Unger, Brewing in Holland, 108.
450
Brulez, ‘Zoutinvoer’, 181 – 189, Dekker, Schamele stede, 361 – 362, De Vries and Van der Woude, First modern economy, 269, 273, 419 – 420, Lesger, Hoorn, 39 – 40, 81, 160 – 161, Kaptein en Schotsman, ‘Alkmaar als bakermat’, 213.
451
Nationaal Archief, Stadhouderlijke Secretarie, 579 петиция голландских солеваров 15 October 1748, Collectie Goldberg 45 description salt-works Dordrecht c. 1800, IISH EHB Hs. 417 ms. B. W. Van der Kloot Meyburg ‘lets over de geschiedenis van de zoutindustrie in Nederland’, extr. notulen burgemeesters en raad Goes 5 April 1727, Seetzen, ‘Nachricht von der Mersalz-raffinerie’, 371, Visser, Verkeersindustrieen, 141 – 154, Faber, Drie eeuwen Friesland, 265 – 267.
452
Van Zanden, ‘Economie van Holland’, 594 – 595, Emeis, [4 eeuwen om zeep, 23 – 32.
453
Doorman (ed.), Octrooien, 137 G 165 патент, выданный Даниэлю Ноту 16 februari 1618; see also 18 (H 1), 94 (G 25).
454
Van Dillen (ed.), Bronnen, I, 637 – 638 contract 10 March 1607, II, 150 nr. 270 attestation 21 March 1616, 207 nr. 340 contract 17 November 1616, Doorman (ed.), Octrooien, 134 G 155, патент, выданный Даниэлю Ноту 6 March 1617.
455
Poelwijk, ‘Wet– en regelgeving zeepnijverheid’, 419 – 421, 424 – 426, Van Dillen (ed.), Bronnen, III, 712, nr. 1515 memorandum soap boilers 24 September 1663.
456
Emeis, [4 eeuwen om zeep, 33 – 36, Nationaal Archief, Collectie Fagel nr. 175 петиция мыловаров Holland 1681, Stadhouderlijke Secretarie, 579 петиция мыловаров Holland 1 July 1749; Unger, ‘Energy sources’, 234. В отличие от пивоваров, мыловары в XVII в. не обращались с петициями по поводу разрешения использовать уголь. Амстердамская мыловаренная фирма De Vergulde Hand использовала торф в качестве источника энергии вплоть до, самое меньшее, 1770-х гг.; см.: St. A Amsterdam PA 197 archief Woltman nr. 6 ‘stoock boeck’ 31 December 1699 and 31 December 1700 and nr. 1 journaal f. 87, 217 v, 480.
457
Kernkamp (ed.), Regeeringe van Amsterdam, II, 504, Van Klaveren, ‘Vingerhoed-industrie’, passim.
458
St. A Amsterdam NA 253 f. 41v – 42v interrogation 12 October 1607, Van Dillen (ed.), Bronnen, II, 17 nr. 39 attestation 23 November 1611, Roessingh, ‘Beroep en bedrijf’, 208, Hardonk, R., Koornmullenaers, 189 – 202, Verstegen and Kragten, ‘Veluwse kopermolens’, 174 – 175.
459
Westerman, Geschiedenis, 1 – 27, 33 – 52, Hoppenbrouwers, ‘Over de oorsprong van de oudste ijzergieterij’, passim, ‘De «Olde Hut» te Ulft’, passim.
460
Doorman (ed.), Octrooien, 129 G 137 patent 1 June 1615, 130 G 142 patent 7 November 1615, 147 G 195 patent 23 April 1621, 168 – 169 G 267 patent 2 November 1626, 173 G 282 patent 18 May 1628. Van Dillen (ed.) Bronnen, II, 631 – 632 nr. 1119 notification 27 August 1627, 640 – 641 nr. 1135 declaration 30 November 1627, NHA Haarlem Stadsarchief 1581 – 1795 rood 71 I f. 118 – 120 res. burgemeesters Haarlem 29 April and 2 June 1778.
461
Van Dillen (ed.), Bronnen, II, 499 nr. 873 attestation 3 August 1623, Kernkamp (ed.), Regeeringe van Amsterdam, II, 504.
462
Van Dillen (ed.), Bronnen, II, 512 nr. 899 attestation 21 November 1623, Kernkamp (ed.), Regeeringe van Amsterdam, II, 504.
463
Verstegen and Kragten, ‘Veluwse kopermolens’, 175, Maclean, ‘Koperindustrie’, 40 – 41.
464
Van Klaveren, ‘Vingerhoed-industrie’, 4 – 7, 12 – 13, Uffenbach, Merkwürdige Reisen, III, 697, Doorman (ed.), Octrooien, 185 G 326 patent 27 January 1632.
465
Van Dillen (ed.), Bronnen, II, 17 nr. 39 attestation 23 November 1612, 174 – 176 nr. 320 contract 23 August 1616, cf also III, 99 – 100 nr. 208 contract 17 December 1635 and Doorman